dinsdag 15 december 2009
Wojcicka heette ze nog in 2006. Inmiddels is haar achternaam door haar huwelijk veranderd in Bachlede-Curus. En ze is een leugenaar – althans als ik Ria Visser mag geloven.
Katarzyna Wojcicka vertelde aan NOS-verslaggever Bert Maalderink dat zij in 2006 tijdens de Olympische Spelen van Turijn 50.000 euro aangeboden had gekregen om haar startplaats op de 5000 meter hardrijden op de schaats af te staan aan de Nederlandse medaillekandidaat Greta Smit.
De Overijsselse schaatsster (zilver op de 5000 meter in Salt Lake City in 2002) was voor de vijf kilometer naar Turijn gekomen en door merkwaardig noodlot mocht ze niet meedoen. Smit huilde en haar trainer Ingrid Paul huilde.
Greta kwam op de reservelijst en zou mogen starten als één van de andere deelnemers zou afvallen. Wojcicka vertelde dat zij eigenlijk helemaal niet van plan was die 5000 meter te rijden, maar toen haar geld geboden werd om niet te starten, dacht ze: ik zal die Hollanders eens een poepie laten ruiken. Ze reed en werd laatste: lekker puh!
Dat hele verhaal was heel mooi uitgeplozen door NOS-journalist Bert Maalderink. HIj had zijn reportage netjes opgebouwd, omstandig uitgelegd wat er aan de hand was, een harde getuigenverklaring en ondersteunend bewijs. Geen speld tussen te krijgen.
En dan komt direct daarna het Mart-Smeets-slaapje Ria Visser vijf minuten vertellen dat de Nederlandse schaatsers zoiets toch echt niet zouden doen. Ze zei het niet, maar bedoelde wel: Katarzyna liegt. Visser zei er netjes bij: ik ben geen journaliste – nou dat is wel duidelijk. Maar wat erger is: ze kan niet luisteren en is ook nog vooringenomen.
We moesten maar eens uitzoeken hoe dat ook al weer zat met dat allereerste dopinggeval van Nederlandse schaatssters. Dat was toch in de tijd van Ria Visser? En wat was er aan de hand met de hematocrietwaarden van Marianne Timmer?
Het wordt tijd voor meer onderzoeksjournalistiek in de schaatssport.